Home > Blog > Ontwerp > Het ontwerp van een boek: het binnenwerk

Het ontwerp van een boek: het binnenwerk

door | 26 oktober 2020

uten lezen

Het ontwerp bepaalt de uitstraling van je boek. Het is leuk om je te onderscheiden, maar de leesbaarheid en de gebruiksvriendelijkheid voor je lezers moeten altijd voorop staan. Je wilt per slot van rekening dat zij je boek van voor tot achter lezen.

Daarom besteed ik in dit artikel aandacht aan de onderdelen waaruit het ontwerp van het binnenwerk van een boek bestaat, en hoe je zorgt voor een fijne leeservaring.

 

Spreads

Het binnenwerk van een boek begint altijd met een losse pagina, waarna steeds twee tegen elkaar liggende pagina’s volgen, eindigend met de laatste losse pagina. Dat is heel logisch. Vouw maar eens een aantal vellen papier dubbel en leg ze in elkaar. Dit is de basisvorm waaruit elk boek wordt opgebouwd. Scheur je er één vel uit, dan valt het boek uit elkaar, en je ziet al meteen dat een losse zijde onmogelijk is, omdat die altijd een achterkant heeft.

Elke pagina heeft dus invloed op de pagina ernaast en daar hou je in het ontwerp al rekening mee. Een pagina bestaat in de basis steeds uit dezelfde elementen, die de lopende tekst visueel indelen en als wegwijzers aangeven op welke manier je de tekst moet lezen. Hierin spelen de paginering en koppen natuurlijk de belangrijkste rol.

 

Marges

Je hebt misschien wel eens gehoord van de zetspiegel en de bladspiegel. De bladspiegel wordt gevormd door de gehele pagina, terwijl met de zetspiegel alleen de bedrukte ‘rechthoek’ wordt bedoeld. De witruimte rond deze rechthoek wordt bepaald door de marges.

Om een mooi boek te krijgen, moeten de marges op elke pagina hetzelfde zijn. Daarom worden ze vastgelegd in het basisstramien. Ze mogen niet te krap zijn, omdat anders het gevaar bestaat dat er na het drukken tekst afgesneden wordt. Bovendien vinden we een boek met te krappe marges meestal niet mooi. Onze ogen hebben ‘lucht’ op de pagina’s nodig om prettig te kunnen lezen. De basis van een goed opgemaakt boek is dan ook, less is more. Een rustig ontwerp met voldoende witruimte is uitnodigend en prettig om te lezen.

Ook de bindwijze van je boek speelt een belangrijke rol bij het bepalen van de marges. Sla maar eens wat boeken open, dan zal je zien dat ze in het midden bijna nooit helemaal opengaan. Is de marge aan de binnenkant (het midden van het boek) te klein, dan is een deel van de tekst minder goed leesbaar. Probeer je het boek toch helemaal open te drukken om alles goed te kunnen lezen, dan zou het boek in de rug kunnen breken. Daarom moeten de marges aan de binnenzijden van de pagina’s altijd minimaal 5 mm breder zijn dan aan de buitenzijde.

 

Tekst uitlijnen

Een pagina kan symmetrisch worden opgemaakt, waarbij alle elementen in het midden worden uitgelijnd, en asymmetrisch, waarbij meestal links wordt uitgelijnd. Rechts kan ook, maar dat leest veel minder fijn, je ogen worden dan veel minder goed over de regels geleid. Uitlijnen kan bovendien uitvullend en niet-uitvullend. Als tekst uitvullend is opgemaakt, is elke regel optisch even lang en vormt de tekst een rechthoek op de pagina’s.

Niet-uitvullend uitgelijnde tekst kan wat rommeliger ogen. Daarom worden de meeste boeken uitvullend opgemaakt. Dat geeft een rustig, egaal beeld. Het nadeel is wel dat er zo meestal veel afbrekingen ontstaan en er ‘gaten’ in de tekst kunnen vallen. Want niet elke regel bevat evenveel korte en lange woorden. Past een woord niet meer op een regel, kan het een gat opleveren als het in zijn geheel naar de volgende regel moet. Hoe meer je lelijke afbrekingen probeert te vermijden, hoe groter de kans is dat er gaten voor in de plaats komen. Waarvoor je kiest is dan ook een kwestie van smaak, en een afweging van wat je het belangrijkst vindt.

 

Paginanummers

Je mag zelf weten op welke plek de paginanummers komen, maar vergeet niet dat de paginering de belangrijkste rol speelt in de navigatie van je boek. Daarom moeten paginanummers goed leesbaar zijn, en een logische plek op de pagina hebben.

Ik ben eens een boek tegengekomen waarin de paginanummers in het midden naast de tekst, aan de binnenzijde van de pagina’s stonden. Dit is wel de laatste plek waar je ze verwacht, dus het duurde even voor ik dit door had. Toen ik ze eenmaal had gevonden, bleek het erg lastig zoeken en bladeren naar de juiste bladzijde, want zoals je net al las gaat vooral een dik boek nooit helemaal open, waardoor de paginanummers op deze manier niet altijd even goed zichtbaar zijn.

Zorg er dus altijd voor dat de nummers op een logische plek staan, waar je ze goed kunt zien. Wil je dat de paginanummers toch op een originele plek komen? Zoek dan eens in je boekenkast naar boeken waarin de paginanummers een afwijkende plaats hebben, en blader ze snel door. Zo merk je snel genoeg of het werkt of niet.

 

Koppen en tussenkoppen

Met koppen en tussenkoppen geef je aan waar een nieuw onderdeel van de tekst begint. Ze mogen dus best een beetje opvallend zijn, bijvoorbeeld een stuk groter dan de rest van de tekst, of in een opvallend lettertype. Dat kan een stuk vetter zijn dan de rest of juist een stuk dunner, als ze maar goed leesbaar blijven en voldoende opvallen.

In een boek dat in kleur wordt gedrukt, kan ook daarmee gevarieerd worden. Het ‘laatste’ niveau van onderverdeling kan gewoon hetzelfde zijn als de normale tekst, maar dan vet of cursief en eventueel in een andere kleur. Als je een speels boek wilt, kan je ze ook een opvallendere opmaak geven. Het belangrijkste is dat ze de hiërarchie van de structuur van je boek goed weergeven. Tussenkoppen en lopende tekst mogen dus nooit opvallender zijn dan koppen.

 

Lettertypes

De keuze in lettertypes (fonts) is overweldigend en ze hebben allemaal hun eigen uitstraling en eigenschappen. Dat is niet toevallig, want elk professioneel ontworpen lettertype heeft een unieke stijl en functie. Hoewel er ook veel goedkope en gratis lettertypes beschikbaar zijn, wordt elk kwalitatief lettertype met een bepaald doel voor ogen gemaakt. Kijk maar eens op FontShop of Myfonts, waar je veel lettertypes kunt vinden.

Zo zijn er lettertypes die speciaal zijn ontworpen voor een goede leesbaarheid op een scherm en als ze uitgeprint zijn, maar ook voor boeken zijn er lettertypes beschikbaar.

Hoewel je heel goed schreefloze letters (sans serif) voor het ontwerp van je boek kunt gebruiken, zijn schreefletters (serif) over het algemeen specifiek bedoeld voor drukwerk en voor het lezen van lange stukken tekst. Schreven zijn de kleine lijntjes onder- en bovenaan de ‘stokken’ van de letters. Ze leiden je ogen langs de regels en zorgen ervoor dat je de tekst makkelijker en sneller kunt lezen.

Drukwerk is niet optgebouwd uit vierkante lichtgevende pixels, maar bestaat uit poreus papier met ronde ‘punten’ van drukinkt. Daarom zijn hiervoor andere lettertypes geschikt dan voor gebruik op een scherm. Hoewel er tegenwoordig ook voor digitaal gebruik lettertypes met kleine schreefjes worden ontworpen, zijn die net iets anders opgebouwd en echt specifiek voor dit doel bedoeld. Op dezelfde manier zijn er ook veel schreefloze letters die juist heel geschikt zijn voor drukwerk.

 

Lettertypes kiezen

Kijk wanneer je een lettertype uitkiest altijd hoeveel varianten ervan zijn. Het is fijn om verschillende diktes af te kunnen wisselen. Als er een groot contrast is tussen eventuele dunne (hair, thin), de gewone (regular of medium), en de vette letters (bold, extrabold en heavy), kan dat een levendig, gevarieerd geheel opleveren.

Je bent misschien gewend dat als je in je tekstverwerkingsprogramma op de knop voor cursief of vet drukt, je tekst automatisch wordt aangepast. Maar bevat een lettertype geen cursieve versie, dan kan je de tekst niet cursief plaatsen. Hetzelfde geldt voor bold. Dat is lastig, want dat geeft je minder mogelijkheden voor tussenkoppen. Je kunt niet-Nederlandse termen dan niet cursiveren of woorden extra nadruk geven. Kies in dat geval dus liever voor een ander lettertype.

Let bij de keuze van een lettertype ook goed op of het alle gangbare leestekens bevat. Dat lijkt misschien vanzelfsprekend, maar dat is het niet. Het ene font is uitgebreider dan het andere. Natuurlijk heb je niet alles nodig, maar vooral de gratis of goedkope fonts bevatten vaak nauwelijks of geen leestekens. Voor een logo-ontwerp, voor een poster of voor online gebruik is dat geen ramp, maar voor je boek zal dat je al heel snel problemen opleveren.

 

Lettertypes combineren

Hoewel ik net aangaf dat het praktisch is om veel varianten binnen een font te hebben, moet je dus niet te veel verschillende lettertypes naast elkaar gebruiken. Een lettertype met verschillende gewichten en typen noem je een letterfamilie of fontfamilie. Sommige families bevatten zowel schreefletters als schreefloze letters, en soms zelfs nog meer varianten. Alle ‘familieleden’ van een lettertype zijn onderling perfect op elkaar afgestemd, en bedoeld om naast elkaar te gebruiken. Ze hebben dezelfde lijndikte en verhoudingen.

Kies je voor één uitgebreide letterfamilie, dan kan je zoveel varianten binnen die familie gebruiken als je wilt. Dat mogen ook schreefloze en schreefletters door elkaar zijn. Gebruik je echter veel verschillende lettertypes naast elkaar, dan wordt het al snel rommelig. Het is dan bijna onmogelijk om eenheid te creëren.

Beperk je tot maximaal twee of drie verschillende fonts en zorg ervoor dat ze onderling niet te veel op elkaar lijken, maar juist heel verschillend zijn. Gebruik bijvoorbeeld een opvallende handgeschreven letter om tekstelementen mee uit te lichten, in combinatie met een eenvoudige, ‘vette’ schreefloze letter voor de koppen. Of juist een opvallende ‘magere’ letter, in combinatie met een iets stevigere letter voor de lopende tekst.

 

Conclusie

Er kan heel veel, het is een vooral kwestie van uitproberen en een gevoel voor stijl. Hou altijd voor ogen dat je boek niet alleen een mooi voorwerp is, maar in de eerste plaats een medium om jouw boodschap over te brengen. Door voor een goed ontwerp en een goede leeservaring te zorgen, help je je lezers om je verhaal te begrijpen en breng je je boodschap helder over.

Afbeelding boven deze post: een van de projecten in mijn portfolio, het ontwerp en de opmaak van Wetboek voor Bloggers van Charlotte Meindersma.

Hanneke de Wit

Hanneke de Wit is mede-auteur van Het Bestsellerboek en auteur van (o.a.) Van passie naar boek. Ze is marketeer, grafisch ontwerper, schrijfcoach, redacteur.

In 2012 gaf zij haar eerste boek in eigen beheer uit. Sindsdien volgden er nog vier, en ze hielp vanuit haar bedrijf Tangram Studio al vele ondernemers om ook een boek uit te geven en zo hun bedrijf te laten groeien.

Een boek heeft iets magisch en is een fantastische marketingtool. Het geeft je autoriteit op je vakgebied, opent nieuwe deuren en zorgt ervoor dat je jezelf en je bedrijf kunt promoten op plekken waar je anders niet terecht was gekomen.

Het formaat van je boek

Het formaat van je boek

Er is geen standaard formaat voor een boek, maar in dit artikel help ik je op weg, zodat je de keuze weloverwogen kunt maken.

De bindwijze van je boek

De bindwijze van je boek

Wat is het verschil tussen de populairste bindwijzen, paperback, hardcover of integraalband, en wat is de beste keuze voor jouw boek?

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *