Het is misschien niet het eerste waar je aan denkt als je met het ontwerp van je boek bezig bent. Maar als je je lezers wilt helpen je zorgvuldig geschreven teksten te lezen, is het belangrijk om goed te kijken naar de typografie van je boek.
Typografie is volgens Wikipedia:
“… de kunst van het vormgeven, zetten en drukken van tekst, zowel voor functionele als voor esthetische doeleinden.”
Let vooral op de volgorde. Eerst wordt functioneel genoemd en pas daarna esthetisch. Dat is niet voor niets!
De oorsprong van de typografie, een klein stukje geschiedenis
De oorsprong van de letters die wij kennen, ligt in de tijd van de hiërogliefen en symbolen. Ook in die tijd wilden mensen al met elkaar kunnen communiceren terwijl ze niet op dezelfde plek waren. Omdat er nog geen telefoons bestonden, konden ze boodschappen alleen op muren zetten. Om ervoor te zorgen dat die voor iedereen begrijpelijk waren, moesten ze tekens bedenken. Door de eeuwen heen evolueerden deze tekens naar schrift, en zo ontstonden de verschillende lettertypes die we vandaag de dag allemaal kennen.
Tegenwoordig is er voor elke stijl wel een lettertype te vinden. Daardoor denk je misschien dat al die lettertypes zijn ontstaan vanuit trends en smaak, en vooral bedoeld zijn om een bepaalde sfeer neer te zetten. Deels is dat waar, maar oorspronkelijk zijn de verschillende lettertypes ontstaan vanuit een bepaalde functie.
Schreef of schreefloos
Schreefletters bijvoorbeeld, zijn oorspronkelijk bedoeld voor gebruik op papier. Ze zijn ontstaan in de tijd van kalligrafie, en in de tijd van de loodzetters zijn ze verder geëvolueerd. Schreven zijn de lijntjes die aan de uiteinden van de pootjes van deze letters zitten. Ze kaderen de witruimte om de letter af, zodat je de vormen van de verschillende letters makkelijker herkent. Daardoor kan je een tekst makkelijker en sneller lezen.
Om tekst ook in het piepklein leesbaar te krijgen, werden letters verder vereenvoudigd. Je kunt je misschien wel voorstellen dat als tekst ieniemienie geplaatst is, schreven hun doel voorbij schieten en de tekst juist rommelig kunnen maken. Doordat tekst in de tijd van de drukpers met natte inkt werd gedrukt en de inkt vaak in de kleine witruimtes liep, konden letters vlekkerig en onleesbaar worden. De schreven verdwenen, en de schreefloze letter werd geboren.
Op een beeldscherm leest een schreefloze letter vaak prettiger, maar er zijn tegenwoordig ook schreefletters die speciaal voor digitaal gebruik zijn gemaakt. Bijvoorbeeld de Open Serif van Google.
Corpsgrootte
Grotere letters lezer een heel stuk prettiger dan hele kleine. Wat voor lettertype je ook kiest, het is altijd belangrijk dat de tekst niet te klein is. Dat verhoogt de kans aanzienlijk dat lezers de tijd nemen je tekst tot het eind te lezen.
Gebruik van witruimte
Zorg ervoor dat tekstblokken niet te lang zijn en probeer tussenkoppen toe te voegen. De witruimte die zo ontstaat, laat je pagina ademen. Dit maakt je tekst overzichtelijk en is prettig voor mensen die de tekst snel scannend willen doorlezen.
Vergeet ook de witruimte tussen de tekstregels niet! Wanneer de tekstregels te dicht op elkaar staan, ontstaat een onaantrekkelijke, onleesbare brei van letters.
Tekstkleur en achtergrondkleur
Hoe graag je ook wilt dat je boek opvalt en knalt, een achtergrondkleur gebruiken op elke pagina is hiervoor niet de manier. Probeer maar eens een lang stuk tekst te lezen met witte letters op een donkere achtergrond. Wedden dat je binnen vijf minuten hoofdpijn hebt en dat de teksten nog een uur voor je ogen door de lucht blijven dansen?
Beperk achtergrondkleuren dus tot kleinere tekstkaders, die er op die manier meteen goed uitspringen. Ze breken de tekst van je boek op, net als witregels, en leveren een levendig geheel op.
Conclusie
Typografie kan je lezers wegjagen, of er juist voor zorgen dat lezers je boek helemaal willen lezen. Probeer het niet te gek te maken. Less is more en de typografie moet altijd ten dienst staan van je lezers. Zet de gebruiker dus, net als bij een website, altijd op de eerste plaats.